Geletterdheid.nu (29 september 2017)

Wat betekent het om geletterd te worden en te zijn in deze tijd? Wat vraagt het van leerlingen? Wat kunnen leerkrachten doen? En taalspecialisten?                                

Geletterdheid wordt vaak opgevat als kunnen lezen en schrijven in een taal, als een verzameling autonome vaardigheden die op school aangeleerd worden, en met iets wat in het hoofd van individuen gebeurt. Maar volstaat dat beeld nog? Geletterdheid is ook te beschouwen als een sociale activiteit. De aard van teksten verandert en er zijn nieuwe genres ontstaan. Informatiestromen nemen toe en meertaligheid is eerder regel dan uitzondering. Vragen die aan de orde kwamen: Hoe kunnen we hier op school bij aansluiten? Meer aandacht aan het discussiëren over teksten geven en aan het kritisch omgaan met informatie? Meer ruimte voor het samen onderzoeken van geletterdheidspraktijken door kinderen, om daar in de klas bij aan te sluiten? Welke en wat voor teksten gebruiken we? En hoe brengen we het flexibel (leren) gebruiken van meerdere talen in praktijk?

Zie hier een fotoimpressie van de dag.

Lezen en leesonderwijs: een nieuw perspectief. Wat betekent dat voor het toetsen van lezen op school?
Jan Berenst
Lang hebben we het lezen opgevat als een uniforme vaardigheid. Die vaardigheid werd ook uniform getoetst. In zijn bijdrage schetste Jan Berenst een nieuw perspectief. Lezen, en dus ook het leesonderwijs, kan niet los worden gezien van de manier waarop teksten worden gebruikt in de samenleving, oftewel de geletterdheidspraktijken. Die praktijken hangen sterk samen met de sociaal-culturele omgeving van de leerlingen en met de verschillende tekstgenres. Hoe kan leesonderwijs daarbij aansluiten? En met name: wat betekent het voor de manier waarop we lezen op school toetsen? Wat meten de bestaande leestoetsen en hoe verhoudt zich dat tot het nieuwe perspectief?
Jan Berenst is lector (Taalgebruik & Leren) aan de NHL Hogeschool.

Klik hier LEZEN – EEN NIEUW PERSPECTIEF voor de powerpoint van de presentatie van Jan Berenst.

Lezen en digitale media
Eliane Segers
Het is algemeen bekend dat kinderen voordat ze naar school gaan veel belang hebben bij een geletterde thuisomgeving. Tegenwoordig groeien kinderen op met niet alleen maar papieren boeken om zich heen. Maar hoe werkt het lezen van digitale teksten? Wat voor invloed kunnen digitale teksten hebben op de leesvaardigheid van kinderen? Wat zijn de mogelijkheden van digitale media om van kinderen betere en meer gemotiveerde lezers te maken? Welke onderzoeken worden momenteel uitgevoerd op dit gebied?
Eliane Segers is bijzonder hoogleraar Lezen en Digitale Media aan de Universiteit Twente, bijzondere leerstoel van Stichting Lezen.

Lezen met de pen in de hand
Heleen Buhrs
De Alan Turingschool in Amsterdam is een van de vier prijswinnaars van de Amsterdamse schoolmakerswedstrijd “Onze Nieuwe School.” De school opende haar deuren in september 2016. Goed kunnen (begrijpend) lezen is een van de speerpunten van de school. Dit lezen doen de kinderen met de pen in de hand, binnen een curriculum gebaseerd op het leven van Turing. Ze lezen teksten actief en herhaald. Ze praten over teksten en schrijven hun ideeën en gedachten op. Vakken als begrijpend lezen en woordenschat verdwijnen. In deze workshop wordt uitgelegd welke rol teksten en het schrijven van teksten spelen binnen het thematisch onderwijs.

Klik hier LEZEN MET DE PEN IN DE HAND voor de powerpoint van de presentatie van Heleen Buhrs.

Samen met een boek
Lisa van der Winden en Hieke van Til
De basis voor geletterdheid wordt al jong gelegd. De meeste ouders begrijpen dat voorlezen belangrijk is voor de ontwikkeling van hun kind. Maar voorlezen is niet altijd makkelijk, zeker niet als je niet bent opgegroeid in een voorleescultuur. In deze workshop laten Lisa van der Winden en Hieke van Til zien hoe je ouders kunt helpen bij het ontwikkelen van meer voorleesvaardigheden en plezier tijdens het voorlezen. Samen met een boek is ontwikkeld vanuit BoekStart van Stichting Lezen. BoekStart gaat uit van de gedachte dat kinderen die al op jonge leeftijd in aanraking komen met boeken een voorsprong (op school) ontwikkelen waar ze hun hele leven voordeel van hebben.
Lisa van der Winden is Taalwetenschapper en werkzaam bij Stichting Taalvorming. Hieke van Til is consulent Taalvorming en directielid van Stichting Taalvorming.

Leeskriebels en krabbels
Jobke Rozema
Modern daltononderwijs gaat ervan uit dat leerlingen doelgericht werken, zichzelf aansturen en zo (meer) eigenaar worden van hun eigen leren. Om dat op daltonschool De Holterenk in Holten te realiseren, én om ervoor te zorgen dat leerlingen weer meer gemotiveerd worden voor het lezen en tot betere prestaties zullen komen is bij het onderwijs in het technisch lezen de methode losgelaten. Er zijn werkvormen bedacht (Leeskriebels en krabbels) en materiaal ontwikkeld waarmee leerlingen doelgericht werken, hun eigen leerproces aansturen en registreren.
Jobke Rozema is lerares aan daltonschool De Holterenk in Holten. Zij rondde haar master Leren & Innoveren af met een onderzoek op haar school naar technisch lezen.

Klik hier SAMEN MET EEN BOEK voor de power point van de presentatie van Jobke Rozema.

Zelfstandig hardoplezen
Henk Hansma en Cissy Verheijen
Kansrijke Taal heeft een methode ontwikkeld waarbij leerlingen van groep 4 t/m 8 zelfstandig een leestekst voorbereiden en opnemen, opslaan en met de leerkracht en/of klasgenoten analyseren. Twee à drie keer per jaar maken ze zo’n opname, die ze als MP3 opslaan in hun map. Kinderen zeggen eerst zelf wat er goed en minder goed gaat. Ze lezen bijvoorbeeld te veel woord voor woord, te langzaam of juist veel te snel. Ze kunnen dat zelf goed onder woorden brengen. De leerkracht vult aan. Leerkracht en leerling formuleren één of twee doelen waaraan het kind de volgende periode zal werken. Bij die leesdoelen zijn passende leesvormen ontwikkeld zoals duaal lezen en afstandslezen.
Henk Hansma en Cissy Verheijen werken als ontwikkelaar resp. trainer bij de Stichting Kansrijke Taal.

Klik hier ZELFSTANDIG HARDOPLEZEN voor de powerpoint van de presentatie van Henk Hansma en Cissy Verheijen.

Taal in beeld
Janke Singelsma en Maaike Pulles
Leerlingen gaan thuis op zoek naar zinnen of woorden, dichtregels of uitdrukkingen in hun eigen taal die op een of andere manier belangrijk voor hen of hun familie zijn. Op school worden ze besproken. Zo vinden geletterdheidspraktijken van thuis hun weg naar school. Elke klas kiest een tekst uit deze verzameling, die vervolgens mooi vormgegeven in drie talen op billboards in de wijk komen.
Janke Singelsma en Maaike Pulles gaan in op theorie en praktijk bij het integreren van onderzoekend leren, de meertalige achtergrond van kinderen en hun geletterdheidspraktijken en het voeren van gesprekken daarover in de klas.
Janke Singelsma en Maaike Pulles werken als ontwikkelaar en onderzoeker bij het lectoraat Taalgebruik & Leren van de NHL Hogeschool. Janke is tevens taalcoördinator op basisschool De Opslach in Wommels. Beiden schreven mee aan het boek Meer dan lezen. Over geletterdheid, geletterdheidsontwikkeling en leesonderwijs (2016).

Klik hier TAAL IN BEELD  voor de presentatie van Janke Singelsma en Maaike Pulles.

Wat betekent laaggeletterd-zijn voor laaggeletterden
Hanneke Wentink
Bij het nadenken over hoe geletterdheid er voor toekomstige burgers uit zou moeten zien, zouden we bijna vergeten dat er nu al een grote groep laaggeletterden is, met een grote kans op werkloosheid, gezondheidsproblemen en op een geïsoleerde plek in de samenleving.  Recent onderzoek lijkt er zelfs op te wijzen dat die groep groter wordt.
Aandacht voor laaggeletterdheid is daarom van groot belang. Daarbij dienen we ons niet alleen te richten op de traditionele vaardigheden van lezen en schrijven, maar ook op andere vormen van geletterdheid.
Hanneke Wentink was tot voor kort lector bij Saxion met als thema lage geletterdheid. Sinds dit voorjaar is zij verbonden aan Radboud University in Nijmegen als Manager Nederlands & Communicatie bij Radboud in’to Languages.

Klik hier voor LAAGGELETTERD-ZIJN voor de presentatie van Hanneke Wentink.